Bitmapafbeeldingen en vectoren
Bij kleurmodellen kon je zien dat een digitale foto bestaat uit een bepaalda aantal pixels, deze pixels hebben allemaal een andere kleur. Hoe meer pixels per oppervlakte een afbeelding heeft, hoe scherper de foto of afbeelding is is. Een afbeelding die is opgebouwd uit pixels is een bitmapafbeelding.
Kenmerken van een bitmap zijn dat het veel details kan bevatten en is opgebouwd uit pixels. Een bitmap is dus geschikt voor een foto.
Bitmapafbeeldingen hebben twee eigenschappen die je moet onthouden, dit zijn tegelijkertijd ook twee nadelen ervan.
- Een bitmapafbeelding kost veel opslagruimte, als je een foto maakt met je telefoon, kan de afbeelding 5 tot 10 MB of nog groter zijn.
 - Als je op een bitmap afbeelding gaat inzoomen, worden de losse pixels zichtbaar. Hierdoor is de afbeelding niet scherp meer en lijkt het lelijk en wazig.
 
Je kunt ook op een andere manier een digitale foto maken. Dat doe je door niet de waarden van de pixels op te slaan, maar de vormen waarvan de afbeelding is opgebouwd. Dit wordt een vectorafbeelding genoemd.
Je hebt ook eigenschappen van een vector afbeelding, hier is een voordelige eigenschappen ervan:
- Bij vectorafbeeldingen zijn wijzigingen makkelijk en efficient aan te brengen. Bij het groter of kleiner maken van de afbeelding wordt alleen de opgeslagen waarde die de grootte aangeeft veranderd. Daarna wordt de vorm opnieuw getekend. Wazigheid en onscherpe vlaktes, zoals bij bitmapafbeeldingen, komt dan bij een vectorafbeelding niet voor.
 - Ook kost het minder opslagruimte en dat de grootte onafhankelijk is van de manier van afdrukken. (ligt aan het aantal objecten)
 
Maar er is ook een nadeel van een vector afbeelding:
- Bij vectorafbeeldingen is het alleen mogelijk om vormen op te slaan. Een digitale foto die je bijvoorbeeld maakt vanuit je telefoon bestaat niet uit vormen, maar uit heel veel verschillende kleurtinten. Dan is het niet mogelijk om die foto als vector op te slaan.